Eilanden en hooglanden, Laos

7 februari 2019 - Salavan, Laos

Don Det

4.000 eilanden 

De Mekong loopt van het Tibetaanse Plateau via Laos en Vietnam naar de Zuid Chinese zee. Wij fietsen langs deze rivier, die op sommige plaatsen wel 14 km breed is. De avond voordat we de grens met Laos zullen passeren, kom ik tot de ontdekking dat mijn extra pasfoto's weg zijn. Stom stom. Waarom heb ik die in mijn paspoort laten zitten, dat in elk hotel ingekeken wordt voor de registratie. 

De grenspost die we uitgezocht hebben, ligt aan een weg die weinig gebruikt wordt en maar half verhard is. Ik kan me niet voorstellen dat hier een pasfoto stalletje is, zoals aan de drukke grenspost tussen Thailand en Cambodja. Onder een dikke laag stof bereiken we rond het middaguur de douane. We hebben nog precies genoeg dollars voor het visum. "No pasphoto" zeg ik. "No pasphoto? One dollar. Wait one minute". Nou dat valt mee, blijkbaar een fotograaf hier en betaalbaar. Die ene dollar vind ik in een vergeten zijvak. Na heel lang wachten geen fotograaf,  maar wel een andere man, volgens wie we 3 dollar moeten betalen voor een stempel in ons paspoort. Als we dat standvastig weigeren en blijven wachten, mogen we uiteindelijk toch oversteken naar Laos. Die ene dollar heeft geen pasfoto opgeleverd, maar de verplichting afgekocht. Zo gaat dat hier. 

Laos is een door-en-door corrupt land. De machtige volkspartij casht alle ontwikkelingshulp. Alleen de inkomsten uit de toeristenindustrie komen direct de mensen toe die het leveren. Na deze stoffige warme tocht bereiken we het gebied van de 4000 eilanden in de Mekong, waar we een paar dagen bijkomen op een gemoedelijk (en autovrij) eiland, Don Det.  Alwaar we watervallen bekijken, loungen in een hangmatje aan de Mekong en zoetwater dolfijnen zien. 

De Irrawady dolfijn heeft geen uitstekende neus zoals flipper (en ik :), zijn gezicht lijkt daardoor op een smiley. Tot de jaren 70 - 80 van de vorige eeuw leefden er tienduizenden van deze dieren in de Mekong. Inmiddels zijn er nog geen 100 meer over. Wij hebben geluk en zien deze 2,5m lange, grijsblauwe dolfijnen vele malen boven het water opduiken.

Homestay

Voor de volgende stop kiezen we een naamloos eiland in de Mekong. Er lijkt daar volgens Maps.me één homestay te zijn. We moeten de eigenaar bellen als we aan de oever zijn, staat op een handgeschilderd bordje. Terwijl we wachten op de boot van onze gastheer, mr. Phonephet, maken we kennis met een hele familie, die nieuwsgierig naar ons komt kijken, opgeschrikt door een halve basisschool aan kinderen die roepend en juichend achter ons aan rent. De jongste zoon kan wat Engels, geleerd van mr.Phonephet en vertelt dat hij later ook een homestay wil beginnen. Een wat oudere dame naast hem laat mijn gezicht niet los met haar ogen. Op mijn vraag wie ze is en vertelt hij dat het zijn oma is. Ze blijkt een jaar ouder te zijn dan ik, maar wijst op haar gebit, waarvan nog enkele bruine overblijfselen scheefgezakt te zien zijn. Dat maakt een gezicht inderdaad veel ouder. Ik prijs me in stilte gelukkig met de Nederlandse tandheelkundige zorg. 

De homestay eigenaar, mr. Phonephet, is ongeveer 20 jaar oud. Hij haalt ons op met een houten bootje, waarbij we de steile rivierzand helling maar moeilijk af- en opkomen met onze fietsen. Hij stelt ons voor om naar een restaurant te gaan, waar hij werkt. Onze rommelde magen laten geen andere keus (behalve wat huisjes en veel bamboe is er verder niks op dit eiland). Hij vaart ons naar een strandje wat verderop, waar een tiental bamboe hutjes in het water staan. Dit is het 'restaurant': een paar hangplekken en een kookpot op een vuurtje. Maar het is er druk! In vrijwel alle hutjes zitten mensen, vooral tieners, meisjes bij meisjes en jongens bij jongens. Ze drinken bier en vermaken zich. Ik zie de meisjes stiekem selfies maken met ons op de achtergrond en vraag of ze met mijn toestel een foto van ons willen maken. Razend enthousiast gaan ze aan de slag en nu willen ze allemaal met ons op de foto. Later volgt een uitnodiging uit het volwassenen-hutje, waar de oudere vrouwen zitten en men allerlei gerechten met elkaar deelt. Ondanks de taalbarrière hebben we de grootste lol samen. Er wordt veel gelachen en gedronken. 

Als ik terug in de homestay (badkamer is een klein schuurtje met een gat in de grond en een ton met water) mijn rommelende maag stil met wat kleefrijst uit de keuken, haal ik daar bij de eerste hap al twee steentjes uit. Later blijken dit onderdelen van mijn achterste kies. Sinds ik in in de jaren tachtig in Nepal een rondreizende tandarts bezig zag op een dorpspleintje, een slachtoffer met vastgebonden armen, die onder grote belangstelling het enige tandartsinstrument hanteerde dat hij bij zich had (een tang) is dit mijn schrikbeeld. 

Na onverrichter zake terug te komen van een dorpstandartsje, zoeken we in de eerstvolgende grotere plaats (Pakse) de tandarts van onze hotelbazin op. "Hij is misschien niet de beste", zegt ze, "en hij spreekt geen Engels, maar hij behandelt alle mensen hetzelfde, of ze arm zijn of rijk, en hij rekent redelijke bedragen". En inderdaad, we mogen onze beurt gewoon afwachten. (Raymond werd in het ziekenhuis in Cambodja meteen opgehaald uit een volle wachtkamer.) Google translate vertaalt de zin 'deze kies heeft geen wortelkanaalbehandeling gehad'  met de tekst 'deze weduwe kent geen radicale genezing'.Met handen en voeten leggen we dus maar uit wat de bedoeling is, repareren en meteen weer weg. Omdat in de stoel naast mij bij een jonge man een kies wordt getrokken, begrijp ik dat men hier niet aan verdoven doet. Maar een uurtje later sta ik weer buiten, een mooie composiet vulling rijker en slechts 100.000 kip armer, omgerekend 10 euro. Een fijne Laotiaanse massage hebben we daarna welverdiend.

Oud en nieuw 

Voor het eerst deze reis trekken we de bergen in: het Bolaven Plateau, de eerste dag meteen 1200m klimmen. Op 1350 m hoogte is het koeler en er groeit koffie, allerlei grassen (voor bezems) en rijst. De volgende dag worden we beloond met bijna hetzelfde eind afdalen, richting Vietnam. Nadeel is dat de warmte ons beneden op het lijf slaat: rond de middag is het boven het asfalt in de zon 39°C. We komen in een plaatsje (Xekong) dat helemaal nieuw gebouwd is. De Amerikanen hebben niet alleen de oude stad, maar het hele gebied plat gegooid en ontbladerd, in een poging de Ho Chi Minh trails (aanvoerroutes voor de Viet Kong) te ontmantelen. Het grootste resultaat is dat delen van het gebied tot nu toe onbewoonbaar zijn. Per gedode Vietkongstrijder hebben ze naar schatting 300 bommen gegooid. Tot overmaat van ramp wordt de laatste 10 jaar op grote schaal ontbost. Tot voorkort leefden hier talloze beren, tijgers en olifanten, maar deze hebben zwaar te lijden gehad.

In Xekong bezoeken we de markt. Wat ons het meest opvalt is de veelheid aan dieren om te eten: vissen en palingen, kikkers en padden, allerlei vogels, ratten en kleine (hoef)dieren. De mensen die hier wonen zijn veelal minderheden: Katu en Alak. Donker en tanig reiken ze tot onze ellebogen. Onder de houten huisjes op palen scharrelen kippen, eenden en varkentjes rond. Deze mensen eten van alles. Als we door hun dorpjes lopen, komen kinderen ons de insecten laten zien die ze gevangen hebben en die ze ongetwijfeld zullen opeten. In de rivier zoekt men naar kleine visjes onder de stenen. Die stenen draaien ze om en vangen met een mandje de beestjes. Die visjes stoppen ze dan gauw in een zakje (om later te frituren?). 

's Nachts om 24h schrikken we wakker van een groot knalvuurwerk. Het Chinese nieuwjaar is begonnen. Op weg terug moeten we het plateau weer over maar de klim is minder hoog. Het laatste dorpje heeft een mooie waterval, waar mens en dier samen baden; hier rusten we weer even een paar dagen uit. Even tijd om flink te bunkeren met wat onze magen aankunnen.

Foto’s

12 Reacties

  1. Yvonne Mathot & Frank van Waert:
    7 februari 2019
    Mooi verhaal weer!
  2. Frank:
    7 februari 2019
    Net wakker in Chili lees ik jullie belevenissen. Wat een andere en mooie wereld dan hier. Maar dolfijnen... die hebben ze hier ook. Wij hebben ze destijds niet gezien. Goede reis verder!
  3. Anne:
    7 februari 2019
    Hi Femke en Raymond,
    Wat een prachtig verhaal weer, je ziet het zo voor je allemaal!
    Aan Google Translate heb je weinig, maar vermakelijk is het wel.
    Jullie hebben wel de echte, authentieke Azië ervaring zo te lezen, waar de avocado toast met gepocheerd ei nog niet is uitgevonden ;) Geniet ervan en liefs! Anne
  4. Frank:
    7 februari 2019
    PS. Bij elk verhaal ben ik ook weer even daar. Erg leuk!
  5. Maaike:
    7 februari 2019
    Hoi Femke en Raymond.
    Tjonge jonge wat beleven jullie wat!
    Prachtig die verhalen. Zo kun je ook een beetje meebeleven hoe het daar is!
    En die watervallen. Schitterend! Die aparte dolfijn zo dichtbij. Heel bijzonder! Heel veel plezier nog en genieten en vaak zwoegen, maar heel bijzonder. Liefs en groeten.
  6. Gracia:
    8 februari 2019
    Heel erg indrukwekkend al jullie avonturen! De filmpjes en foto's maken het extra mooi. Jullie hebben echt al een grote afstand afgelegd met de fiets. Op de kaart kun je jullie parcours goed volgen, petje af hoor!
  7. Ninon:
    11 februari 2019
    PRACHTIG!! Lang geleden in Vietnam geweest, waan me weer even terug in de sfeer rond Mekong...enorm lef hebben dit fietsend te doen, respect! (En vooral de tandarts 😅😮)💋
  8. Grietsje:
    12 februari 2019
    Wat een heerlijke reis! De verhalen zijn net zo beeldend als de foto's. De foto's zijn van hoge kwaliteit; mooie kiekjes maar ook mooi gemaakt! Topfotografen! Het ga jullie goed verder. Lieve groet.
  9. Astrid Schröduer:
    12 februari 2019
    Door jouw reactie op het FB bericht van Jolanda je blog gaan lezen. Het leest heerlijk weg, mooie reis die jullie maken!
  10. Femke Welles:
    13 februari 2019
    Hi Astrid, grappig om op deze manier van je te horen. Gaat het goed met jou?
    Leuk dat je de reis volgt!
  11. Sybille:
    13 februari 2019
    Wat heerlijk om zo met jullie mee te reizen! Mooie verhalen over de mensen die jullie tegenkomen en bovenal: wat zijn jullie dapper!! Hoop dat er nog veel verhalen volgen. Fijne reis👍
  12. Femke Welles:
    14 februari 2019
    He, wat leuk dat je mee leest. Dankjewel Sybille!